Blog: Een mysterieus glas uit een mysterieus wrak

Figuur 1: Schuin bovenaanzicht van de guttrolf. Batavialand, Lelystad.

 Als je kijkt naar de afbeelding van dit object, waar denk je dan aan? Tijdens verkennende opgravingen van wrak OA55 bij Lelystad kwam dit halve object uit de grond. Wanneer je een dergelijk glazen voorwerp niet al eens eerder hebt gezien, roept dit veel vragen op. Waarom is het middel dichtgeknepen? Wat zijn de buisjes aan de zijkant? Terwijl ik, als archeoloog op Romeins glas afgestudeerd, best veel glazen voorbij heb zien komen, riep dit object ook bij mij vragen op. Ik ben gaan rondvragen en kijken in de archieven, en wat bleek…? Dit type glas bestaat al sinds de Romeinse tijd. Het object waar het hierom gaat is een guttrolf, ook wel bekend als een angster, knijpfles, kuttrolf of glückeflasche. 



Figuur 2: Onderaanzicht van de guttrolf. Batavialand, Lelystad.

Complex productieproces

Het groen glazen object heeft een hoogte van 9,5 cm en een vierkante basis van 5 bij 5 cm. De bovenkant van het object ontbreekt. De onderkant loopt nauw op naar het midden van het oorspronkelijke complete object. Aan alle vier de zijdes van het glas lopen buisjes naar de afgebroken opening.
Het object is geblazen. Hoe kan je dat zien? Op de onderkant van het object is een pontilmerk overgebleven, wat op de foto te zien is als het kleine ‘knopje’ in het midden van de bodem. Dit is de plek waar het glas vast zat aan een ijzeren staaf (de pontil) nadat het van de blaaspijp werd afgehaald.
Nadat er een hol object is geblazen, worden de buisjes gemaakt. Henkes (1994, 116) beschrijft dat het buizenstelsel wordt gecreëerd door tijdens het maken van het glas het middelste gedeelte te verhitten. Dit is de plek waar de buisjes samenkomen. Door alleen dit deel te verhitten en daarna lucht af te zuigen via de blaaspijp (waardoor een soort vacuüm ontstaat), vouwen de wanden naar binnen waardoor er scheidingswanden en dus buisjes ontstaan.

Klokklokklok

Het doel van de extra buisjes was om de vloeistof er niet met grote schokken uit te laten komen omdat er extra lucht bij de vloeistof komt. Maar deze handigheid heeft wel een prijs… Door de extra lucht maakt het drinken of schenken uit de fles een klokkend geluid dat door de een kan worden gewaardeerd, maar door een ander persoon kan worden geïnterpreteerd als scheten (Laméris en Barreda, 2022, 67)! Het klokkende geluid is ook de reden voor zijn Duitse bijnaam: glückeflasche (Themator Museum).

Wrak OA55

Figuur 3: De voorlopige vondsten uit wrak OA55 en hoe die zich tot het totale aantal objecten verhouden (Van der Velde 2012).

Waar is dit bijzondere glas gevonden? Tijdens de opgravingen van wrak OA55, dat zich op ongeveer 34,5 km noordoost van de haven van Amsterdam (in het huidige Lelystad) bevond, wordt geconcludeerd dat het over een groot, circa 40 m lang en 7m breed, vrachtschip gaat. Het achterschip is erg beschadigd, maar het voorschip ligt dieper en is daardoor beter bewaard gebleven (Van der Velde 2012, 37-38). Het schip wordt gedateerd in de tweede helft van de zeventiende eeuw (Van der Velde 2012, 63). De oorspronkelijke grootte van het schip is niet goed te reconstrueren doordat de exacte afmetingen van het wrak niet te bepalen zijn.
Behalve de onderdelen van het wrak zijn er ook objecten aangetroffen. De meeste vondsten lijken afkomstig te zijn uit de scheepsinventaris, bestaande uit onder andere steengoed, aardewerk, een halve kokosnoot met verfresten, leer en meer (figuur 3) (Van der Velde 2012, 40).
Het glas, dat onder één noemer in figuur 3 is opgenomen, bestaat uit twee stukjes vensterglas, een stukje glas met gekleurde randjes, 3 complete flesjes en een object dat op dat moment nog wordt omschreven als een ‘halve zandloper’.
Uit de grootte van het schip en de inventaris blijkt dat het een zeewaardig schip is geweest. De afwezigheid van lading op het schip zou kunnen duiden op het feit dat men wilde voorkomen dat het vast liep op ondiepten in de Zuiderzee op weg naar de Rede van Texel. De aanwezigheid van de kokosnoot tussen de vondsten is bijzonder en zou een aanwijzing kunnen zijn dat dit wrak een schip was van de VOC (Verenigde Oost-Indische Compagnie) of de WIC (West Indische Compagnie). Verder onderzoek zou hier mogelijk uitsluitsel over kunnen geven. Het wrak wordt nu in situ, op de plek waar het gevonden is, bewaard in de grond.

Glas aan boord

Maar wat zegt de aanwezigheid van de guttrolf, en überhaupt van glas, op het schip? Glas was een breekbaar goed en daarnaast vaak ook kostbaarder dan aardewerk. Dergelijke kleinere flesjes werden wellicht gebruikt voor het bewaren van medicijnen (Van der Velde 2012, 58). Glas is daar erg geschikt voor omdat het niet poreus is en daardoor geen vloeistoffen opneemt, en ook geeft het geen smaak af. De aanwezigheid van medicijnen was noodzakelijk bij het ondernemen van grote reizen. De guttrolf werd waarschijnlijk echter niet voor medicinale doeleinden gebruikt, maar voor het schenken en drinken van vloeistoffen.
Comfortabel kunnen drinken of vloeistoffen kunnen schenken uit kostbare glazen voorwerpen, had niet voor elke schipper prioriteit. De aanwezigheid van de guttrolf duidt hierdoor waarschijnlijk op een rijkere schipper die in het bezit was van een kostbare inventaris. Voor drink- en eetgerei werd er namelijk voornamelijk keramiek gebruikt. Dat was goedkoper om te vervangen als het kapot viel tijdens flinke deining op zee. De aanname dat het om een rijkere schipper gaat, is ook gebaseerd op het feit dat het schip wellicht onderdeel was van één van de Verenigde Compagnies. Deze organisaties waren immers in de tweede helft van de zeventiende eeuw erg welvarend.
Het glas had als voordeel dat het makkelijk en zonder te klotsen vloeistoffen schonk door de extra buisjes langszij of dat je er zonder te knoeien uit kon drinken. Hierdoor zou het wel een ideaal schenkglas zijn geweest op zee omdat je daar te maken had met woelige wateren. Ondanks alle deining kon je dan toch nog goed inschenken! Proost!

Biografie

Suzanne van Beek

Suzanne van Beek (1996) heeft in 2022 haar masters archeologie en museumstudies afgerond. Ze heeft tijdens haar opleiding archeologie een voorliefde voor archeologisch glas ontwikkeld en vindt het leuk om zich daarin te verdiepen. Sinds april 2022 is Suzanne werkzaam als collectiemedewerker in Batavialand in Lelystad. Hier werkt ze mee aan diverse projecten zoals het fotograferen van objecten, objectregistratie en het meedenken aan een nieuwe tentoonstelling.

Batavialand te Lelystad vertelt het verhaal van Nederland en de Nederlander leven op de grens van land en water. Speerpunten in dit verhaal zijn waterbeheer, scheepvaart en scheepsbouw.

Bronvermelding

Henkes, H.E., 1994. Glas zonder Glans. Rotterdam: Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam (BOOR).
Laméris, K., en M. Barreda, 2022. Schertsglazen: Vernuftig drinkvermaak. Amsterdam: Walburg Pers B.V.
Van der Velde, A.M., 2012. Scheepsjournaal. Een studie naar een VOC-scheepswrak in de bodem van de gemeente Lelystad. Universiteit Leiden, Faculteit der Archeologie, Bachelor Scriptie.
https://themator.museum-digital.de/ausgabe/showobjekt.php?m_tid=690&tid=755&objekt=11838&ver=standalone Geraadpleegd op 23 mei 2022.