Blog: De collectie overstag. Het herwaarderingstraject van Museum Vlaardingen

Het vaste team voor het herwaarderingstraject van Museum Vlaardingen. Van links naar rechts: Dieuwertje Wijsmuller, Frank de Hoog, Claudia Steur en Beau van ’t Hoen. Foto: Léanne Selles, 2021.

Met de tentoonstelling ‘Woelige baren, veilige haven’ vierde Museum Vlaardingen in 2020 zijn honderdjarig bestaan. De geschiedenis van het museum aan de Westhavenkade is oprecht dynamisch te noemen. Begonnen als Vlaardingsche Oudheidkamer en Visscherij-Museum groeide het uit tot een Nationaal Visserijmuseum om zich nu volledig te richten op de verhalen van Vlaardingen als kleurrijke stad aan het water. De afgelopen jaren is hard gewerkt om de vertaalslag naar een stadsmuseum voor het grote publiek zichtbaar te maken met een nieuwe programmering, maar de collectie bleef tot dusverre in deze ontwikkeling achter.

Een nieuwe vaarroute

Al in 2008 valt het besluit om definitief verder te gaan als stadsmuseum. De vervolmaking van deze transformatie vindt plaats als het museum na een ingrijpende verbouwing op 20 juni 2015 zijn deuren weer opent. In het nieuwe gebouw is ruimte voor drie thema’s: de geschiedenis van de stad Vlaardingen, de visserij vanuit een cultuurhistorisch perspectief en de archeologie. Ook in de collectievorming verschuift de focus. Bij het verwerven van nieuwe objecten komt de nadruk te liggen op de verhalen rondom het erfgoed van de stad Vlaardingen.

De vis is overal

Een impressie van de objecten die onder het thema ‘Ondernemen’ vallen. Foto: Claudia Steur, 2021.

Visserij is niet gebonden aan een plek. Voor veel steden en dorpen heeft het jagen op vis grote invloed gehad op het sociale, culturele en economische leven. In de afgelopen jaren zijn er weliswaar in verschillende plaatsen visserijmusea opgericht, maar geen van hen heeft de positie van Vlaardingen overgenomen. De ‘oude’ collectie van het voormalig Nationaal Visserijmuseum is nog altijd in ons beheer. En dat is zonde, omdat bepaalde objecten niet langer in ons gewijzigde profiel passen. Bij ons liggen bijvoorbeeld Katwijkse scheepsmodellen, Scheveningse klederdracht en Urkse sieraden figuurlijk te verstoffen, terwijl musea in deze (vissers)plekken hier mogelijkerwijs prachtige verhalen over hun geschiedenis mee kunnen vertellen. Voor het bepalen om welke objecten het gaat en ook om de beheers- en bruikbaarheid van de eigen collectie te vergroten, is het museum een zogeheten herwaarderingstraject gestart in samenwerking met Dieuwertje Wijsmuller van Creative Culture Consultancy.

Een spannende onderneming

Mijn directeur Léanne Selles en ik realiseren ons goed dat dit proces op meerdere niveaus gevoelig ligt en veel haken en ogen heeft. De afgelopen tweeënhalf jaar hebben we daarom benut om uitgebreid over onze intenties te spreken met belangrijke stakeholders, zoals de drie grote maritieme musea in Nederland, enkele deskundigen in het maritieme veld, oud-medewerkers van het museum en onze Vlaardingse erfgoedpartners. Dit traject heeft immers niet alleen consequenties voor de positie van het museum binnen de stad maar ook voor het maritieme erfgoed van Nederland. Het Nationaal Visserijmuseum was immers dé plek om meer te weten over de geschiedenis van de Noordzeevisserij. De input van de gesprekken met stakeholders heeft geleid tot het opstellen van een projectplan waarin onder meer de probleemstelling, het doel, de uitgangspunten, de fasering van het proces en mogelijke valkuilen beschreven staan. Natuurlijk is niet alles van tevoren te ondervangen in een plan, maar het helpt wel om grip te krijgen op dit ambitieuze project. Met 20.000 geregistreerde objecten en een grote fotocollectie is deze klus niet binnen enkele maanden geklaard.

Aan de slag in de ‘Fabriek’

Sinds september ben ik samen met Dieuwertje Wijsmuller, projectmedewerkers Claudia Steur en Beau van ’t Hoen en onze collectie-vrijwilligers gestart in een oude machinefabriek in Vlaardingen. Alle objecten worden hier in etappes naartoe gebracht om uitgepakt en vervolgens geplaatst te worden binnen één van de vijf thema’s (Ondernemen, Samenleving, Politiek en Bestuur, Ruimtelijke ontwikkeling en Vlaardingers met een verhaal). Zodra bijvoorbeeld alle scheepsmodellen of kuipersgereedschap bij elkaar zijn uitgestald, beginnen we met het herwaarderen van de betreffende deelcollecties. Aan de hand van vooraf goedgekeurde selectiecriteria laten we de objecten één voor één door onze handen gaan om te bepalen of deze binnen het nieuwe profiel passen. Als er voldoende argumenten zijn, dan krijgt het object een groene sticker. Maar zijn er geen of niet voldoende redenen om het object voor de collectie te behouden, dan krijgt het een rood label.

Een impressie van de objecten die onder het thema ‘Ondernemen’ vallen. Foto: Claudia Steur, 2021.

Versnipperd of bijeen?

Alle objecten die op rood zijn gezet, worden via de afstotingsdatabase aan andere erfgoedinstellingen aangeboden. Uit de gesprekken met stakeholders werd snel duidelijk dat het behoud van de hele collectie van het voormalig Nationaal Visserijmuseum op één plek een idealistisch streven zou zijn, tenzij een ander (visserij)museum de functie van Vlaardingen zou overnemen. Dit laatste is dus niet het geval. Daarom zal de collectie van het Nationaal Visserijmuseum fysiek verdeeld worden over plaatsen die van oudsher belangrijk waren voor de visserij, waarbij het Vlaardingse deel door ons behouden blijft. Wel worden alle objecten gefotografeerd en gedocumenteerd. Dit maakt het mogelijk om van alle afgestoten voorwerpen te achterhalen hoe deze eruitzagen, waarom ze uit de collectie zijn gehaald en waar deze naartoe zijn gegaan. Zo blijft de collectie in elk geval digitaal bijeen.

Waarborgen van maritieme kennis

Naast de objecten bezit het museum ook een uitgebreide bibliotheek. De aanleg van dit documentatiecentrum waar alle informatie over de Noordzeevisserij gecentreerd zou zijn, vormde een belangrijke doelstelling bij de oprichting van het Nationaal Visserijmuseum. Met de wijziging naar een stadsmuseum past het jasje van kennisinstituut voor de visserij ons niet meer. Daarom is besloten een nieuwe bestemming te zoeken voor de ruim 6.000 boek- en tijdschrifttitels. De afgelopen twee maanden hebben het Scheepvaartmuseum in Amsterdam en het Maritiem Museum Rotterdam een ruime selectie gemaakt. In tegenstelling tot de objecten zullen boeken die over het Vlaardingse visserijverleden verhalen, ook meeverhuizen. Ons voornaamste doel is dat het documentatiecentrum zoveel mogelijk in tact blijft voor onderzoek. Als het Vlaardingse deel bij ons achterblijft, dan zou er niet alleen een lacune in de beschikbare informatiebronnen ontstaan maar is een deel van de Noordzeevisserijverleden nog altijd niet raadpleegbaar. Voor ons prevaleert het toegankelijk houden van het erfgoed boven het eigen belang.

Dit alles betekent niet dat wij het maritieme verleden van Vlaardingen verkwanselen. Ook in Museum Vlaardingen blijven de verhalen van de visserij en alle nevenberoepen verteld worden, maar wel binnen de Vlaardingse context.

Wilt u het project blijven volgen? Houd de blogs op de website van het museum en de afstotingsdatabase in de gaten.

Frank de Hoog

Biografie

Frank de Hoog is conservator van Museum Vlaardingen. Na zijn studie geschiedenis aan de Universiteit van Leiden heeft hij op meerdere terreinen ervaring opgedaan bij het Haags Historisch Museum, Rijksmuseum de Gevangenpoort in Den Haag en Museum De Lakenhal in Leiden.