Blog: Fregat Huis te Warmelo: een uitzonderlijk scheepswrak

Op deze ingekleurde kaart van een gedeelte van de Oostzee is het schip Huis te Warmelo vermeld. Uitgegeven door Johannes Loots. Getekend door Abraham Maas, 1716-1726. Maritiem Museum Rotterdam

In 2016 werd de vondst van het fregat Huis te Warmelo wereldkundig gemaakt. Dit schip van de Westfriese admiraliteit verging in 1715 in de Finse Golf. Niet eerder is een vroeg achttiende-eeuws Nederlands oorlogsschip in zo’n goede staat teruggevonden. Sindsdien wordt het scheepswrak gedocumenteerd en in archieven naar bemanningsleden gezocht. Bij het project zijn de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), de Finse erfgoeddienst, onderzoeksbureau SubZone en de gemeente Medemblik betrokken.

Konvooi door oorlogsgebied

Op 1 juni 1715 verliet de Huis te Warmelo de rede van Texel. Samen met 11 andere oorlogsschepen moest het fregat Nederlandse koopvaarders veilig door het Oostzeegebied loodsen. Deze bescherming was niet zonder reden. Als gevolg van de strijd tussen Zweden en Rusland om de hegemonie over het gebied, waren Nederlandse koopvaarders doelwit van Zweedse kapers.

In de Sont kregen de Nederlandse schepen gezelschap van een Engels konvooi. De gecombineerde vloot moet een indrukwekkend schouwspel zijn geweest. Ze bestond uit 32 oorlogsschepen en 300 koopvaarders! Ter hoogte van Gdansk (Danzig) en Riga vonden grote afsplitsingen plaats. De koopvaarders met de verste bestemming namen bij Tallinn (Reval) afscheid van de hoofdmacht. Zij zeilden door naar Sint-Petersburg.

In augustus 1715 werd de terugreis van het Engels-Nederlandse konvooi ingezet. De Huis te Warmelo ving de koopvaarders uit Sint-Petersburg op bij Hogland, een eiland midden in de Finse Golf. Kort na de rendez-vous sloeg het noodlot toe. Het Nederlandse fregat raakte een blinde klip en zonk. Bij het ongeluk kwamen 130 van de 200 opvarenden om het leven. De overlevenden werden door Engelse koopvaarders opgepikt.

Scheepswrak

Het scheepswrak van de Huis te Warmelo werd voor het eerst in 2002 door de Finse overheid opgemerkt. Vier jaar later werd duidelijk dat het om een achttiende-eeuws oorlogsschip moest gaan. Ondanks opmetingen en meerdere observaties lukte het niet om in Zweedse en Russische archieven de identiteit te achterhalen. De oplossing kwam uit Nederland. Op een kaart van het Oostzeegebied, in de collectie van het Maritiem Museum Rotterdam, staat de tekst: ‘Hier is het Noord Hollands Oorlog schip op gebleven 1715’. Eind 2015 kreeg duiker Immi Wallin van SubZone de kaart en specificaties van het fregat onder ogen. Zij herkende hierin het wrak van het onbekende oorlogsschip.

Detail van de ingekleurde kaart van een gedeelte van de Oostzee waarop het schip Huis te Warmelo is vermeld. Uitgegeven door Johannes Loots. Getekend door Abraham Maas, 1716-1726. Maritiem Museum Rotterdam

De Huis te Warmelo ligt ten zuiden van de stad Porvoo, op een diepte van ongeveer 64 meter. Het wrak verkeert in een uitzonderlijk goede staat. De kanonnen met rolpaarden staan zelfs nog op het bovendek. Door het lage zoutgehalte en de lage watertemperatuur zijn de bewaaromstandigheden in de Finse Golf ideaal.

Sinds 2016 wordt gewerkt aan de systematische documentatie van het scheepswrak. Ook is de wettelijke bescherming geregeld. Op verzoek van de Finse erfgoeddienst en de RCE is een beschermingszone rond het wrak van de Huis te Warmelo ingesteld.

Archieven en bemanning

Een goed geconserveerd scheepswrak van een vroeg achttiende-eeuws Nederlands oorlogsschip is op zichzelf al uniek. Daar bovenop komt de rijkdom aan beschikbare archiefbronnen. Er is de  zeekaart die tot de identificatie leidde, een bouwbestek van het schip is bewaard gebleven en er zijn logboeken van de Engelse oorlogsschepen van het konvooi. Deze logboeken geven interessante details over de reis en het ongeluk prijs. Maar de voornaamste archiefbron is wel een overgeleverde betaalrol waardoor we de namen en herkomstplaatsen van alle opvarenden kennen. De betaalrol uit 1715 is het startpunt voor onderzoek naar individuele bemanningsleden.

Het grootste deel van de bemanning kwam uit de huidige provincie Noord-Holland. Ook in dat opzicht kan de Huis te Warmelo met recht een ‘Noord Hollands Oorlog schip’ worden genoemd. Maar liefst de helft van de bemanning kwam uit Alkmaar en Medemblik, de thuishaven van het oorlogsschip. Opvallend is het grote aantal Friese matrozen. Blijkbaar moest voor het zware scheepswerk een beroep worden gedaan op het arbeidsreservoir aan de overzijde van de Zuiderzee.

Resultaten

Deel van het bovendek van het fregat Huis te Warmelo. SubZone, Helsinki

De documentatie van het scheepswrak en het archiefonderzoek hebben al aansprekende resultaten opgeleverd. SubZone heeft een fotogrammetrische opname van het bovendek gemaakt. De voornaamste doelstelling is een 3D-opname van het gehele scheepswrak. Ook is uitgesproken om de binnenzijde van de scheepsromp te documenteren.

Van drie bemanningsleden zijn inmiddels nazaten getraceerd. Eén nazaat woont in Medemblik, nog geen 100 meter van de locatie waar het fregat is gebouwd.

Onlangs werd een bijzondere archiefvondst gedaan in het zogeheten ‘beluidensboek’ van Sneek. Volgens deze bron werden op 23 december 1715 de klokken geluid voor meerdere mannen die ‘op zee bleven’ waren. De namen corresponderen met namen in de betaalrol. Later dit jaar verschijnt hierover een artikel op de website fregathuistewarmelo.nl. Op deze website vindt u het laatste nieuws uit Finland en Nederland, archeologische rapporten en de complete bemanningslijst.

Peter Swart

Biografie

Peter Swart (1968) studeerde Bedrijfskundige Economie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Na zijn studie werkte hij als IT-consultant. Sinds 2019 is hij adviseur-projectleider bij het Westfries Archief in Hoorn. Hij is initiator en archiefonderzoeker van het project fregat Huis te Warmelo.