Op 7 juni 1672 sneuvelde Willem Joseph baron van Ghent tijdens de Slag bij Solebay. Van Ghent werd tijdens de zeeslag getroffen door een kartets en was op slag, aldus een ooggetuige, ‘hardtsteecken doodt’. 350 Jaar later werd de Gelderse edelman herdacht in de Domkerk in Utrecht.
Wie was Van Ghent?
Willem Joseph van Ghent werd op 14 mei 1626 geboren in het Gelderse Winssen. Zoals gebruikelijk in vroegmoderne adellijke kringen, ambieerde Van Ghent een carrière in het leger. In 1665 stond hij aan de basis van de oprichting van het Regiment der Marine, de voorloper van het huidige Korps Mariniers. Van Ghent werd de eerste commandant van het korps zeesoldaten. In de Tweede Engels-Nederlandse Zeeoorlog (1665-1667) had Van Ghent een belangrijke rol tijdens de Tocht naar Chatham in 1667. Gedeputeerde namens de Staten-Generaal Cornelis de Witt gaf Van Ghent de opdracht om zoveel mogelijk schade toe te brengen aan de Engelse vloot. Het Engelse vlaggenschip HMS Royal Charles werd buitgemaakt en als trofee naar de Republiek meegenomen. Met deze succesvolle overwinning verkreeg hij de titel luitenant-admiraal van Holland en West-Friesland.
Een Gelderse edelman in een Utrechtse kerk
Op dertienjarige leeftijd trad Van Ghent toe tot het kapittel van de Utrechtse Domkerk. In 1668 werd hij lid van de Raad van State bij de Staten van Utrecht. Het moge duidelijk zijn dat Van Ghent een diepe band had met de Utrechtse Domkerk. Tegen zijn familie zou hij hebben gezegd dat hij in de Domkerk begraven wilde worden. Zijn lichaam werd teruggebracht naar de Republiek, waar het werd gebalsemd. Maar een begrafenis in de Domkerk was voorlopig onmogelijk; de Domstad was bezet door de Fransen en de Domkerk was weder katholiek ingewijd. Na het vertrek van de Fransen in 1674 kon beeldhouwer Rombout Verhulst beginnen met de bouw van het grafmonument, dat twee jaar later gereed was. Tot overmaat van ramp werd de Domstad in augustus 1674 getroffen door een hevige storm. Vanwege de door de storm aangerichte ravage werd het praalgraf voor Van Ghent in het koor van de kerk geplaatst, achter het vroegere altaar. Rond 1680 werd het lichaam van Van Ghent in de Domkerk herbegraven.
Het grafmoment anno 2022
Nadat genodigden waren getrakteerd op de prachtige muziekklanken van Camerata Capelle, was het woord aan Arja van Veldhuizen. Van Veldhuizen is vrijwilliger van de Domkerk bij de Educatieve Dienst. Van Veldhuizen gaf een toelichting op de prominente plek die het grafmonument Van Ghent als gevolg van de verwoestende storm in 1674 heeft gekregen en de ambivalente gevoelens die het grafmonument van Van Ghent oproept bij kerkgemeenteleden, medewerkers én bezoekers. Sommige bezoekers hebben in eerste instantie niet door dat het een grafmonument voor een krijgsheer betreft, vertelde Van Veldhuizen, en staan soms na een gebed beschaamd weer op als ze de krijgsattributen opmerken. Maar het monument blijft voorlopig waar het hoort: in de Domkerk.
Van Ghent als naamgever van een vereniging
Na opnieuw een fraai muzikaal intermezzo van Camarata Capelle, was het de beurt aan Dries van der Vossen, voorzitter van de vereniging van officieren en oud-officieren van het Korps Mariniers ‘Willem Joseph baron van Ghent’. De vereniging is opgericht op 10 december 1965, exact 300 jaar na de oprichting van het Regiment der Marine. Van der Vossen vertelde over de rol van Willem Joseph baron van Ghent als naamgever van de vereniging en als eerste commandant van het Korps Mariniers.
Het praalgraf van Van Ghent: een monument voor de Nederlandse onafhankelijkheid
Nadat de laatste klanken van Giuseppe Sammartini’s concert voor blokfluit en strijkers waren weggeëbd, betrad Renger de Bruin, conservator Centraal Museum Utrecht en bijzonder hoogleraar Utrecht Studies, het podium. De Bruin leidde zijn toespraak in met het binnenvallen van Frankrijk in de Republiek. Verder ging hij niet alleen in op de Slag bij Solebay, maar gaf ook een toelichting op het strijdtoneel na de dood van Van Ghent. Ook belichtte hij de betekenis achter de elementen van het praalgraf. De Bruin betoogde dat het praalgraf een monument was voor de Nederlandse onafhankelijkheid.
Merle Lammers en Kaylee Overkleeft
Biografieën
Merle Lammers, militair historicus en secretaris van Stichting Platform Rampjaarherdenking.
Kaylee Overkleeft, studente maritieme geschiedenis aan de Universiteit Leiden en stagiaire bij Stichting Platform Rampjaarherdenking.