Terugblik collegedag maritieme geschiedenis Historisch Nieuwsblad, 21 maart 2022

Vier specialisten, Peter Sigmond, Jeroen van der Vliet, Henk den Heijer en Els M. Jacobs, toonden aan dat de scheepvaart van meet af aan van vitaal belang is geweest voor de economische ontwikkeling van ons land; van de middeleeuwse koggeschepen en rivierhandel, tot de moderne koopvaardij in de twintigste eeuw. Niet alleen werden de belangrijkste elementen uit de maritieme historie toegelicht, ook lieten de sprekers zien hoe maritieme cultuuruitingen hebben bijgedragen aan het vormen van een nationale identiteit.

College 1: Land van water. Van het begin van de jaartelling tot de moedernegotie, Peter Sigmond. Om te kunnen leven in dit land, met zijn veengebieden, moerassen, meren en delta, moest de bevolking kunnen omgaan met het water. Hoewel het land aan zee lag, maakte men heel lang voor de handel noor-zuid bij voorkeur gebruik van routes over de binnenwateren, ‘achter de duinen’. De kustvaart kwam met het Hanzeverbond en de komst van de kogge in de elfde eeuw pas echt tot ontwikkeling. Begin zestiende eeuw gaf de graanhandel naar het Oostzeegebied een enorme impuls aan de economie. Gedurende de middeleeuwen ontstonden in Holland, Zeeland en Vlaanderen belangrijke handelssteden. Zij beschikten over de schepen en de hele maritieme infrastructuur; zij beheersten de waterwegen. Dit zou in de zestiende eeuw bij de Opstand van groot belang blijken te zijn. Eind zestiende eeuw ontstond met de Republiek een politieke structuur om met een gedreven koopmanselite het handelsgebieden van Azië en de Amerika’s te verkennen.

College 2: Schaalvergroting en dominantie, Jeroen van der Vliet: Schepen uit de Republiek domineren in de zeventiende eeuw de wereldzeeën. Zeer gespecialiseerde kennis van scheepsbouw maakte het mogelijk om steeds sneller en stabieler te varen. Hoe kon zo’n klein land zich zo specifiek ontwikkelen? Jeroen van der Vliet, conservator van Het Scheepvaartmuseum Amsterdam, licht deze periode van turbulente groei toe. Daarbij maakt hij rijkelijk gebruik van de schilderijen en tekeningen van vader en zoon Van de Velde, die als geen ander de maritieme ontwikkeling van de Republiek verbeeld hebben.

College 3: Handel en visserij, Henk den Heijer: In de achttiende is de maritieme hegemonie definitief ten einde. Zowel op het gebied van scheepvaart, visserij als koopvaardij wordt Nederland aan alle kanten ingehaald, het is een tijd van stagnatie. Dat verandert in het midden van de negentiende eeuw, wanneer ons land uitgroeit tot vijfde maritieme natie ter wereld. Hoe valt deze economische revival te verklaren? En wat betekende de transitie van zeilvaart naar stoom voor zowel de binnenlandse scheepvaart en visserij als voor de internationale markt? In zijn lezing laat maritiem historicus Henk den Heijer zien hoe ons land in de negentiende eeuw ingrijpend veranderde en plaatst hij de ontwikkelingen in Nederland in een internationaal perspectief.

College 4: De Nederlandse koopvaardij in de twintigste eeuw, Els Jacobs: Nederland beschikte gedurende de eerste helft van de twintigste eeuw over een sterke handelsvloot. Ook de passagiersvaart bloeide, met name door de vaart op Amerika en Nederlands-Indië. Vele schepen rolden van stapel, het merendeel met stoomaandrijving. Tijdens de oorlog halveerde de vloot echter, met enorme verliezen tot gevolg. Wat betekende dit voor de maritieme sector en hoe ontwikkelde deze zich na de oorlog? Els Jacobs, maritiem historicus en als conservator verbonden aan het Maritiem Museum Rotterdam, licht in haar afsluitende college deze turbulente tijd toe.